De zorg heruitvinden, daar is de maatschappij in de huidige tijd mee bezig. Vooral als het gaat om zorg waarbij behandeling en genezing niet het primaire doel is. Duidelijk is dat er een beweging terug naar de basis is, waarbij instituties minder belangrijk zijn. De zorg voor kwetsbaren en chronisch zieken niet weggeorganiseerd buiten ons dagelijks leven, maar er midden in. Dat is waar we naar toe gaan.
We zien ook wel dat onze cultuur en de manier waarop de maatschappij is ingericht hier nog niet op voorbereid zijn. Dat kan ook niet, want dit is een cultuurverandering die met de tijd meegroeit. Steeds meer mensen zijn het normaal gaan vinden, of zijn bereid om zorg voor zichzelf en voor naasten samen te organiseren en daar de regie over te hebben. De zorg wordt steeds minder zichtbaar. Sterker nog, zorg moet onzichtbaar worden en de mensen die zorg nodig hebben juist zichtbaar, midden in de maatschappij.
Dit betekent dat we af moeten van zichtbare instituten en zorggebouwen. Voor ingewikkelde diagnostiek en bijzondere behandelingen gaan we naar een gespecialiseerd ziekenhuis. Maar waarom moeten we in een apart gebouw gaan wonen als we minder zelfredzaam worden of lange tijd begeleiding nodig hebben? Er zijn allerlei redenen te bedenken waarom dat soms ‘moet’. Die redenen lopen uiteen. Van: Niemand hebben om op terug te vallen. Tot: Meer technische problemen als ongeschiktheid van de eigen woning of woonomgeving. Ik denk dat dit de laatste gevolgen zijn van ons oud systeem.
We moeten nu tijdelijk de overgangsproblemen oplossen, maar voor de toekomst zullen we echt anders naar de inrichting van de gebouwde omgeving moeten. Je ziet al tal van nieuwe initiatieven van burgers, zorgprofessionals en ondernemers die proberen nieuwe vormen van zorg te organiseren, buiten de traditionele zorginstellingen. In bestaande huisvesting komt men hierbij problemen tegen, omdat je veel moet aanpassen aan het vastgoed, of genoodzaakt bent om nieuw vastgoed te ontwikkelen, ondanks leegstaande maar verouderde en daardoor ongeschikte panden in de buurt.
Bij elke nieuwe stedelijke ontwikkeling moeten we uitgaan van een nieuwe mix van functies, van mensen en van voorzieningen. Wonen, werken, zorg, onderwijs en recreatie moeten meer geïntegreerd worden. Dat maakt ons flexibeler en bespaart ons onnodig reistijd. Zorgaanbieders moeten zich sterk afvragen hoe zij hierin op een andere manier hun bestaansrecht weer kunnen rechtvaardigen. Ik denk hoe onzichtbaarder, hoe sterker. De zorg moet overal aanwezig zijn, maar anders georganiseerd. Daarvoor hebben we geen herkenbare zorggebouwen nodig. Laten we die dan ook niet meer bouwen.
Een artikel in de publicatie 'Disruptive change in de zorg', Twynstra Gudde, juni 2016